HOOFDDORP – Als kleine Amsterdamse straatjongen haalde Frans van Schaik zijn vader uit het café voor het avondeten. Hij leerde er biljarten, meldde zich niet veel later bij een jeugdclub en is nu al vele jaren één van de bekende Nederlandse biljarters in de eredivisie en de Masters. Frans van Schaik, 59 nu, woonachtig in Hoofddorp, is spraakmakend, gezellig aan de bar en druk in de omgang. Hij heeft 5000 volgers op facebook (net zo veel als Dick Jaspers), heeft een bloedhekel aan trainen, is de gangmaker van de Masters met zijn opkomst op de tonen van de meezinger Sweet Caroline en klopt in zijn topdagen met enige regelmaat de groten van het nationale driebanden.
De Nederlandse eredivisie gaat dit weekend (zaterdag, 23 december) de korte winterstop tegemoet. Wij zochten Frans van Schaik, gehuwd met Bianca, boekhouder en biljarter van beroep, op voor een interview. ,,Ik heb er nog heel veel zin in, maar heb het gevoel dat ik na mijn zestigste niet meer beter ga biljarten.’’ Frans van Schaik is net een weekje ziek geweest, kon vorige week niet meespelen in de eredivisie (Kozoom league), maar zal er zaterdag wel weer bij zijn. Want hij speelt toevallig zijn enige ’thuiswedstrijd’ voor de eredivisie. Met Bousema Lochem uit het oosten van het land staat de wedstrijd tegen J&F Auto’s in Den Haag op de kalender, op een half uurtje van zijn thuis. ,,Ik ben er weer bij hoor’’, klinkt het strijdvaardig.
Frits Bakker: Jij behoort met het team van Bousema tot de kandidaten voor een plaats in de play-offs van de eredivisie. Dat zou je er dit jaar nog niet vanaf afzien, gezien de slechte, ongewone start die je hebt gemaakt.
Frans van Schaik: Dat zou ik niet graag ontkennen, het loopt nog van geen meter. Zeven gespeeld, maar 1 gewonnen. Het moet snel weer beter gaan voor mezelf en dus ook voor het team. Ik heb al eens gedacht: ik word volgend jaar zestig, het zal toch niet zo zijn dat je dan je top hebt gehad? Vorig jaar was een topjaar voor me, 20 gespeeld en 15 gewonnen tegen veel goede tegenstanders.
FB: Dus kijk je behalve naar de winterstop nu ook alweer uit naar de Masters, je mooiste toernooi van het jaar waar je in de laatste twee, drie jaar een paar keer hebt geschitterd, onder meer met een overwinning op Dick Jaspers.
FvS: Ik leef er elk jaar naartoe, omdat het voor veel van de Nederlandse spelers zo’n heerlijk toernooi is. De Masters zijn fantastisch qua sfeer, ook voor mij, omdat ik zo lekker de volle tribunes kan bespelen. Ik presteer er ook goed, in 2020 en vorig jaar heb ik de kwartfinales gehaald en vorig jaar zelfs van Jaspers gewonnen.
FB: Waarom voel je dat het minder wordt? Het kan toch ook gewoon een mindere periode zijn die zo veel biljarters weer overleven?
FvS: Het gaat goed zo lang je maar geen ongemakken krijgt. Ik weet nog goed dat ik de Grand Prix in Den Haag won en daarna een hele tijd ben gaan sukkelen met spierreuma. Het heeft lang geduurd, hoor, voordat ik daar helemaal overheen was. Nu voel ik me fit, mentaal sterk, alleen wil het op het biljart nog niet lukken.
FB: Je zou bijna zeggen, even goed doortrainen, zorgen dat de vorm en het gevoel er weer komt. Maar trainen, of in elk geval alleen trainen, is niks voor Frans van Schaik hè?
FvS: ,,Sterker nog, ik doe het nooit. Ik lieg er geen woord van als ik zeg dat ik mijn hele leven lang in één jaar niet meer dan 5 keer een kwartiertje alleen heb getraind. Ik vind het vreselijk om alleen aan die tafel te staan, maar voor een partijtje spelen kunnen ze me altijd roepen.
FB: Hoe ziet eigenlijk jouw jeugd eruit in het Amsterdamse leven? En hoe ben je gaan biljarten?
FvS: Mijn vader was een doodgewone biljarter op de kleine tafel. Toen ik 10 was, wilde mijn moeder altijd al dat ik hem uit het café ging halen om te gaan eten. M’n vader wilde meestal niet gelijk mee, dus toen kon ik zelf even een potje spelen. Ik werd later lid van Marco Polo in de Jan Evertsestraat, waar ik al op mijn 14e jaar de beste speler was. Vanaf mijn 19e jaar heb ik even een tijdje niet gespeeld, maar vanaf 23 jaar ben ik driebanden groot gaan spelen.
FB: Kun je een paar hoogtepunten uit je carrière ophalen?
FvS: In de World Cup van 1992 in Oosterhout haalde ik de laatste 16, ik versloeg Ludo Dielis met 3-0 en verloor daarna van Caudron met 3-0. Wat ik zelf een mooie tijd vond, was de periode van 2001 tot en met 2007 dat ik het Biljartcentrum in Osdorp heb gerund. Toen ben ik serieus gaan spelen en ging ik eredivisie spelen. En nu doe ik al tien jaar op rij mee aan de Masters, waarvan ik alleen in 2022 heb gemist en vijf keer de kwartfinale heb gehaald.
FB: Hoe ziet jouw dagelijks leven eruit, want je bent niet alleen biljarter hè?
FvS: Ik heb met mijn twee zoons, Jordy van 23 en Dylan van 20, een boekhoudkantoor. We zitten met zijn drieën op kantoor en op dezelfde verdieping hebben we de biljartshop en een biljarttafel. Mijn biljartshop Easy Diamonds loopt als een trein. Veel biljartwinkels hier in de buurt hebben hun deuren gesloten, dat heeft enorm in ons voordeel gewerkt. Ik verkoop veel merken keuen, zoals Laperti, Buffalo, JBS enzovoort, maar ook veel tassen en accessoires (adres Jadelaan 119 in Hoofddorp).
FB: Jullie team is dit jaar versterkt met de komst van Jeffrey Jorissen, dus samen met Martin Horn twee sterke kopmannen. Dat moet wel leiden tot een hoge positie in de eredivisie?
FvS: Met drie of vier andere teams gaan we voor die topposities strijden, ik denk zeker dat wij gaan meedoen met Bousema. Zelf ben ik er gelukkig zaterdag in Den Haag ook weer bij. Ik was doodziek van de Grand Prix in Doetinchem teruggekomen, maar het gaat weer heel goed nu. We gaan de competitie voor de winter mooi afsluiten.
Tekst: Frits Bakker
Archieffoto's: Ton Smilde